Dit stuk is ter aanvulling geschreven bij het artikel Alle overheidsdepartementen doen aan gedragssturing burgers
De publicatie van het Britse rapport ‘Mindspace. Influencing behavior through public policy’ uit 2010 lijkt de kickstart te zijn geweest van het toepassen van kennis uit gedragswetenschappen bij overheidsbeleid en uitvoering. Het rapport vat een eeuw van gedragswetenschappelijk onderzoek samen, en geeft aanbevelingen over hoe overheden dit kunnen toepassen. Mindspace werd samengesteld naar aanleiding van een opdracht van de Britse topambtenaar Sir Gus O’Donnell en Sir Michael Bichard, hoofd van de Institute for Government, een denktank die de Britse overheid adviseert en ondersteunt met behulp van onderzoek, vergelijkbaar met de Nederlandse WRR (zie hoofdartikel). Naar aanleiding van dit rapport werd het ‘Behavioral Insights Team’ (BIT, zie hoofdartikel) opgericht, en Prof. David Halpern en Dr. Michael Hallsworth die aan het rapport meeschrijven, worden later respectievelijk CEO van BIT en ‘Managing Director BIT Americas’.
Mindspace onderscheidt twee manieren van verwerken van informatie: “reflectieve processen” en “automatische processen”. De reflectieve processen zetten we in wanneer we bewust informatie verwerken, erover nadenken en feiten beoordelen. Het presenteren van feiten zodat mensen daar zelf een oordeel en keuze in kunnen maken noemt het rapport de ‘traditionele interventies’ van beleid. Het contrasterende model, waarop de gedragswetenschappers zich voornamelijk richten, richt zich op automatische processen, die verlopen via een al aanwezige bias. Boodschappen worden zo vorm te geven dat ze onbewust verwerkt worden. De aandacht wordt opzettelijk verschoven van feiten en informatie naar het beïnvloeden van de context waarin mensen handelen.
Hoe werkt dat in de praktijk? In het artikel “MindSpace, Psyops, and Cognitive Warfare: Winning the Battle for the Mind”, dat verscheen op de site maatschappijkritische site ‘Canadian Patriot’ beschrijft de dichter David Gosseling uitgebreid hoe dit soort boodschappen om de ‘context te verschuiven’ geconstrueerd worden. Een voorbeeld: De slogan “Blijf thuis, red levens” lijkt heel simpel. Maar, schrijft Gosseling, de onbewuste boodschap is: “Als je niet thuisblijft kunnen er doden vallen”. De context of realiteit is geframed als een binaire keuze – er is geen ruimte voor het onderscheid dat het voor de meesten niet gevaarlijk is de deur uit te gaan, en dat ze er anderen niet mee in gevaar brengen. Het leidt af van feiten, terwijl de angst voor doden de onbewuste boodschap versterkt. De boodschap versterkt ook een zondebokproces: degenen die zich zomaar buiten durven te wagen hebben er geen probleem mee doden op hun geweten te hebben! Ze zijn bijna onmenselijk. Tijdens corona zijn we gebombardeerd door dergelijke manipulatieve slogans en overheidscampagnes die de aandacht verschuiven van feiten en naar een door emoties gestuurd fictief beeld van de werkelijkheid.
Het woord Mindspace is een ezelsbruggetje voor ambtenaren voor het inspelen op bias, en automatische en onbewuste processen:
Messenger: De boodschapper is van grote invloed op hoe we de boodschap aannemen. Daarom betaalde het rijk bijvoorbeeld influencers om vaccinatie te promoten.
Incentives: beloningen werken sterk motiverend, zoals we kunnen weer ‘terug naar normaal’, als je je laat vaccineren, of ‘je mag weer op het terras zitten’ als je je QR laat zien.
Norms: We worden sterk beïnvloed door wat anderen doen. Het niet dragen een mondkapje als iedereen in de supermarkt er een op heeft, kan daarom als heel bedreigend ervaren worden. Boodschappen als ‘miljoenen mensen namen deze prik, en vertrouwden de wetenschap’, signaleren ook een sociale norm, en wakkeren een behoefte aan om bij de groep aan te sluiten.
Defaults: We volgen snel een vooropgezette makkelijke keuze. Een prikbus bij een school, of toegankelijke vaccinatie- en testlokaties ondersteunen daarbij.
Salience: Onze aandacht wordt naar nieuwe of opvallende informatie toegetrokken. Naar aanhoudende besmettingen en doden in de krantenkoppen bijvoorbeeld.
Priming: Dit zijn kleine signalen of boodschappen, een beeld (mensen met mondmaskers), gevoel (mondmasker), en slogans, waardoor er een onbewust idee ontstaat waardoor we ons gedrag veranderen.
Affect: Emoties hebben enorme invloed op ons gedrag en keuzes, communicatiecampagnes spelen daarom bewust in op angst, schaamte, schuldgevoel, etc. Zie het kader over vaccinatiepromotie.
Commitment: Publieke toezegging vergroot de kans dat iemand voornemens uitvoert. Het rijksbrede Corona Gedragsteam en de GGD voerden een veldexperiment uit om dit te testen – mensen in een teststraat vulden na afloop een survey in waarbij ze zich committeerden aan naleving van de thuisblijfregel.
Ego: Mensen willen graag een goed zelfbeeld in standhouden. Toespraken van Rutte en de Jonge speelden daarop in: Wanneer je je netjes aan de regels houdt, dan help je de samenleving, en wanneer je dat niet doet, kies je ervoor de lockdowns en andere maatregelen in stand te houden.
Veel mensen hebben misschien wel het gevoel gehad gemanipuleerd te worden. Wanneer je de kennis en organisatie achter de communicatiecampagnes in samenhang ziet, wordt het duidelijk hoe bijzonder geraffineerd deze grootschalige manipulatiecampagne is.
Vervangt grootschalige manipulatie open uitwisseling en debat?
De meeste voorbeelden van pilots en experimenten waarover BIN-NL elke twee jaar rapporteert lijken op het eerste gezicht onschuldig: het sneller aflossen van je studieschuld, gezonder eten, of het veilig afsteken van vuurwerk. Maar de onderlinge aanname is dat de burger niet voor zichzelf kan nadenken, dat de overheid dat vervolgens voor hem of haar moet doen, én dat de overheid het dus bij het juiste eind heeft in haar probleemanalyse en gekozen oplossingsrichting. Ze gaat daarbij voorbij aan dat er daarover nog discussie kan bestaan – discussies waarvoor steeds minder ruimte is.
Maar andere onderwerpen zijn minder onschuldig. BIN-NL schrijft: “Nederland staat voor veel verschillende transities. Denk aan de klimaattransitie en de digitaliseringstransitie. Ze hebben in ieder geval één ding gemeen: er is gedragsverandering nodig om de beleidsdoelen te halen. Dat geldt ook voor grote beleidsthema’s als gezondheid, wonen, mobiliteit en een kansrijke en inclusieve samenleving”. Digitalisering hangt sterk samen met de opluchtgevangenis die met huidige technologie om ons heen wordt gebouwd. Moeten we ons daarin laten manipuleren, of is bewust kiezen voor analoge oplossingen waar mogelijk een manier om autonomie en privacy te behouden? Het ideale beeld voor wonen van de overheid lijkt het leven in een ‘smart city’ te zijn, gereguleerd door camera’s en sensoren, waarbij geen ruimte meer is voor boeren. De wenselijkheid daarvan ligt allesbehalve vast. De ‘inclusieve samenleving’ staat veelal voor een totaal doorgeslagen ‘woke’-agenda. Moeten de gedragswetenschappers al aan de slag om ons, door middel van “keuzearchitectuur”, zelf voor die dystopie te laten ‘kiezen’?
Ook lijkt er geen twijfel te bestaan – is het überhaupt wel de taak van de overheid om het gedrag van burgers aan te sturen? In een vrije samenleving mag een burger zelf kiezen hoe die zich gedraagt, vermits die anderen geen schade aan toebrengt? Is het probleem dat de burger “cognitief beperkt” is, of is het probleem dat we een uit de klauwen gegroeide ondoorzichtige, ondoordringbare byzantijnse bureaucratie als overheid hebben, die het leven van individuen probeert te micromanagen? Wat zijn de ethische kaders voor grootschalige gedragsexperimenten door de overheid zonder dat burgers daarvoor gekozen hebben of expliciet zijn ingelicht? Op de BIN-NL website is daar geen informatie over te vinden. De gedragsexperts lijken vooral de kansen en voordelen te zien.
Bronnen
Rapport op site van BIT en achtergrond
BIT team
David B. Gosselin is a poet, translator, and linguist based in Montreal. He is the founder of The Chained Muse poetry website and the founder of the New Lyre Podcast. His new collection of poems is entitled Modern Dreams.